Ons verhaal is oud.

Heel oud.

Zo oud als wij weten.

We hebben het altijd zo geweten.

Jullie weten het nu ook.

Maar jullie kennen het verhaal anders.Wij kennen ons verhaal niet in jullie verhaal.Toch zeggen jullie dat het hetzelfde verhaal is.Jullie zeggen dat ons verhaal gaat over twee sterren.

Jullie noemen ze een Grote Reus, en een Kleine Dwerg.Jullie zeggen dat die sterren voor jullie Sirius heten.We weten alleen dat wij vertelden dat hun dans 50 jaar is.En jullie zeggen dat dat de omlooptijd is van die twee sterren.

Voor ons is het gewoon het verhaal van Dogon.Het verhaal van schepping.Het verhaal is heel precies.Het verhaal gaat over het maken van materie.Het verhaal gaat over het maken van moleculen.Het verhaal gaat over het maken van gemeenschap.Het verhaal gaat over het vormen van het hele universum.Voor ons hangt alles met alles samen.

We weten dat we dat alleen van priester naar priester konden vertellen.Daardoor hadden we twee verhalen: dat van de priesters, en dan van de ander.Die verhalen zijn altijd met elkaar verweven; als draden in een weefsel.Het ene verhaal droeg het andere; het andere gan inkleuring aan het ene.

En zo is ons verhaal over de wereld gereisd.Van ons uit ging het naar Egypte, en naar Sumer.Uit hun samenspel werd dat verhaal anders, als berhaal van de juden.Van de egyptenaren naar de juden naar de romeinen naar de moslims.

Ons verhaal was steeds hetzelfde, maar werd steeds anders.En nu geloven jullie in allerlei verschillend geloven, en priesters.Maar voor ons is het verhaal nog steeds hetzelfde.We leerden van die anderen van verre hoe het universum ontstaan is.

We leerden daardoor hoe dat is te zien in materie, talen, samenlevingen en culturen.Daardoor weten we dat alles met alles is verbonden.En net als die twee verschillende verhalen, en de draden in het weefsten: alles is met alles verweven.