Het Boek van Sinterklaas
Inhoudsopgave
[Welkom][Voorwoord][De dag van mijn geboorte][Schijnheilige][HandelsMan][Thuis aan huis][Kom Buurten][Ont’moet vriendinnen][Onredelijk][Bekaaid][Berekenend][… Spaans aan toe][Kolonialisatie][Vertekend beeld][Mijn Boek][Mijn Beroep][Interviews][Praktische Zaken]
Voorwoord
Jullie hebben je allemaal afgevraagd wat er staat in het boek van Sinterklaas.Hier heb je het antwoord. Dit is het boek van Sinterklaas.
Ik heb dit boek geschreven om antwoord te geven op de vele vragen.Kinderen hebben me al heel lang veel vragen gesteld.
Volwassenen stellen geen vragen meer; die hebben een mening.Die krijgen daarom ook geen antwoord; geen ‘cadeautjes’.
Een kinderhand is goed gevuld maar hun open geest is het mooiste.Het is voor hun open geest dat ik nu mijn boek schrijf.
Met antwoord op de vragen “waarom dit” en “waarom dat”…Maar ook met een paar antwoorden, van mijn kant, op vragen die niet worden gesteld.
- Waarom denken jullie dat Sinterklaas wel/niet bestaat?
- Waarom doen jullie alsof St Piet, de Moor, mijn adviseur, onnozel is?
- Waarom denken jullie dat Santa Klaus hetzelfde is als Sinterklaas?(“Zie je niet dat hij kort en dik is, en ik lang en dun?”)
- Maar, vooral, waarom maken jullie een uitverkoop van mij en mijn avondje?
Sinterklaasavondjes zijn niet meer wat ze geweest zijn.Jullie kijken er niet meer naar uit, en nemen er geen tijd voor.
Drie maanden van tevoren liggen de volgende feestkleuren al in de winkel.En de dag na het feest is er een korte ochtendpauze en wordt het volgende feest alweer aan je ‘verkocht’.
Vroeger was mijn verjaardag gezellig. We zongen samen. Aten wat lekkers, gezonds, maar niet veel.De cadeautjes hadden allemaal wat te zeggen; en we hadden elkaar ook veel te zeggen.
Jullie zijn het gevoel van gezelligheid (lijkt het) kwijt. Ik heb het gevoel dat ik jullie kwijt raak.Dat is ook waarom ik dit boek schrijf. Ik weet niet of ik zo nog door ga.
Vandaar dat ik in mijn boek – het Boek van Sinterklaas – mijn leven voor jullie zal beschrijven.
Je zal lezen over het land waar ik ben geboren.Je komt te weet over de wijsheid van mijn adviseurs; de Moren.
Je leest het hoe en waarom .. van de sinaasappeltjes, en de roede.Maar vooral wil ik je mee laten genieten van de tijd toen mijn verjaardag nog leuk was.
Goed, ik weet het dat jullie ook voor je eigen verjaardag geen tijd meer nemen; dat moet je zelf weten.Maar als mijn verjaardag voor jullie geen feest meer is … dan blijf ik net zo goed .. thuis.
(Nou ja; ik ga dan weer andere dingen doen waarin ik plezier heb.
Zeg maar: ik ga met pensioen.)
- Ik will jullie wat laten delen in het lekkers wat we voor mijn verjaardag hebben gegeten; lekkere maar simpele dingen.
- Ook wil ik je wat vana de liedjes leren die ze vroeger met en voor me zongen.Sommige daarvan vond ik helemaal niet leuk; veel te intimiderend belerend.
- Er waren ook veel leuke spelletjes die we speelden; surprises, en gedichten.
- Ook hadden we heel veel pezier omdat we eindelijk, één keer in het jaar, heel eerlijk konden zijn over wat we over iedereen dachten.Dat was het leukste: ik, en iedereen met me, bekeek en doorzag het gedrag van de ander, maar letten vooral op de bezieling. Prachtig.
In dit boek kom je dus van alles tegen.
Nee, dit is niet een soort van telefoonboek met je hele doopzeel.
Dat schrijf ik nooit op in een boek.
Net als een dokter schrijf ik alleen een geheugensteuntje op, zodat niemand’s geheim in handen van een ander kan vallen.
Vergelijk mijn boek met een dag- en nacht boek: van de leuke dingen die ik van en met alle mensen kon leren.
Leuke gedachten en uitspraken van kinderen – vaak zoveel wijzer dan die van hun ouders.
Maar ook koddige associatoies, zoals welke kleuren iemand elke verjaadag weer draagt. Of de geur van hun haren.
De Dag van mijn Geboorte
Ik weet zeker dat ik er bij was.Maar ik heb er geen herinnering aan …
SchijnHeilige …
Ik ben nooit een heilige geweest. Het heeft er wel de schijn van.
Veel mensen noemen me heilig. Maar de pauzen hebben dat nooit zo gevonden.
In die zin ben ik een schijn-heilige; maar in de praktijk doe ik meer goed dan veel van de schijnheilige pauzen.
(Nou ja, er zullen wel een paar schijnheilige gelovenen over willen vallen dat ik dit zo durf te zeggen).
HandelsMan
De reden dat ik zo bekend ben is omdat is zo belangrijk ben voor de handel.
Ik ben de beschermheilige (dat is een volle dagtaak, naast mijn verjaardag) van de zeeman.
Ook van de zeevrouwen trouwens; niet de meer-min (+/-?) van de verhalen, maar de vrouwen van de zeeman.
Dat is best wel grappig, want ik weet dus dat de zeeman inderdaad wel meer mint dan ze thuis goedgelovig geloven.
Maar ja, voor mij is dat naturlijk gemakkelijk om te weten: ik ben zelf van oorsprong ook zeeman.En als deze mannen elkaar pochend hun verhalen vertellen zien ze mij gewoon als één van de hunne. (Nou ja, soms lijken ze wel hunnen…)
Beroepsmatig, om het zo maar te zeggen, weet ik veel van hun vrouwen. Meer dan hun vrouwen. Meer dan zijzelf vaak; want ik ben meestal wel nuchter wanneer ze hun verhallen vertellen. Zij zelf vaak pas weer de volgende (of navolgende) morgen.
Eén en ander heeft er toe geleid dat ik het met de vrouwen te doen kreeg.
En het daardoor ook vaak met hun vrouwen te doen had.
Na zo’n verhalen avond bracht ik ze soms hun man wel weer thuis. Mits ik wist dat hij – ook wanneer bezopen – haar met liefde begroette. Anderen heb ik wel eens rustig een goed eind de verkeerde kant op geleid, om zeker te zijn dat zijn vrouw of vriendin niet met zijn bezopen gedrag van doen kreeg.
Nou ja, als vertrouwenszeeman heb ik natuurlijk ook de tel kunnen bijhouden, wanneer zij de tel kwijt waren, over hoeveel vrouwen en meisen die mannen wel hadden. Vrouwen, zeemansvrouwen, meisjes, meisjes van plezier. Uiteindelijk werd ik van ze allemaal beschermheer. Dat kwam er zeg maar automatisch bij met mijn klus aan het verzorgen van het wel en wee van de zeeman. En ja, je hebt het misschien al geraden: daar kwam dan ook bij dat ik de beschermschijnheilige werd van hun weduwen en wezen. Want soms was een storm me te vlug af, of wat het in de vaart der dingen dat de aard der dingen zich anders toonden. Dan was er weer een zeeman dood, en had ik van doen – en kreeg daardoor te doen – met hun weduwen en wezen.
Thuis aan Huis
Als je een mooi beeld wilt krijgen van de manier waarop dat in zijn (mijn) werk gaat, kom dan eens langs in mijn Amsterdamse woning, aan de Hendrikkade.
Net zoals zovelen van jullie, heb ik niet alleen een eerste, maar ook een tweede woning.
Nou ja, in tegenstelling tot de meesten van jullie heb ik heel veel tweede woningen, op heel veel plaatsen.
In dit geval – kom eens langs – heb ik het over mijn Amsterdamse woning.
Vlak bij het station – vroeger stond die direct aan het water – zie je mijn kast van een pand.
Lekker centraal; ook al stinkt het nu wat teveel naar de uitlaatgassen van auto’s en bussen. Vroeger was het frisser. Maar nu de metro net voor de deur is gemaakt wordt dat binnenkort weer beter. Als heilige kan je zo je eigen secundaire voorwaarden af en toe wat verzorgen.
Als je bij me langs komt dan zal je meer ontdekken van mijn ware aard en leefstijl.
Ik heb het liever lekker luxe; kijk maar eens naar de opsmuk in mijn royale woning.
Ook schuw ik het niet om het groot en breed te laten hangen. Ik denk niet dat jouw tweede huis zo groot is.
Maar aan de andere kant, ik ben ook heel gastvrij – ook al ben ik weinig thuis – de deurs staat vrijwel altijd open.
Wandel binnen, kijk eens rond, neem vrienden mee als je wilt. Je kan rustig toeven, even tot jezelf komen (tot mijzelf komen, als ik thuis was) en wat rustig zingen. Er zijn er nogal wat die, wachtend of ik kwam, doezelden in mijn grote gastvrije ruimten.
Nouja; ruimten: er is die ene grote, hele grote, gastvrije ruimte. Die ook heel gastvrij is.
En dan zijn er nog wat kleinere ruimten waar mijn personeel woont: de huishouding, PR persoon – die zelf zegt namens mij te kunnen spreken, maar naar mij niet luistert. En nog wat anderen.
Kom Buurten
Het zal je opvallen: ik woon liever ruim, maar hou ook van smullen.
Als je bij mij uit huis om de hoek gaat is de buurt vol met lekker eten.
Je wet, ik reisde veel, en de wereld over: je vindt er smaken van over de hele wereld.
Verderop zal ik je wat meer van de magie van kruiden vertellen, en het recept geven van de bisschopwijn die jullie op mijn verjaarsavond vaak drinken. De grap is dat met de juiste kruiden de wijn je niet naar de kop gaat, maar je geest wel kan verlichten. Ook is het handig – jaja, het belang van een goede kennis van kruiden – om ervoor te zorgen dat je lever liever niet kaduuk gaat van de alcohol die je in de wijn vindt.
Sprekend over alcohol: bij mij om de hoek vind je ook heel veel kroegen.
Vroeger was dat veel leuker: bijna iedereen kon wel zijn eigen jajem stoken.
Dan had je de kans om bij iederen verschillende smaken te proeven.
Sommige van die proflokalen beproefden daarna wel je vermogen je weg naar huis weer te vinden. Maarja, je weet, als zeeman moet je onder allerlei omstandigheden het noorden weer weten te vinden. Voor mij was dat niet lastig. Met al die kroegjes in de buurt zocht ik daarna gewoon naar de grootste woning. Thuis was ik.
Ont’moet Vriendinnen
Kijk je wat verder in de buurt dan zie je – tussen de eethuisjes en kroegjes – de toffe joffertjes. De dartele dames. De meisjes. Het zijn prachtige meiden – ook al zal je dat niet van alle er af zien – die de mannen het liefste geven van wat die soms erg zoeken. Omdat ze het erg missen. Liefde. Warmte. Genegenheid. Respect. Medemenselijkheid. Aanraking. Kunnen opgaan in een ander. Jezelf in een ander kunnen verliezen. Jezelf in jezelf weer kunnen hervinden.
Veel mensen hebben het moeilijk met de meisjes. Nou, laat me het helderder stellen: ze hebben het moeilijk met zichzelf, en dichten dat toe aan de meisjes. Jammer.
Want laat me je vertellen – ik woon al heel lang bij ze om de hoek – het is geen lolletje als je voor elk lulletje je inzet om die te geven wat ze diep en werkelijk zoeken, en daarin niet te worden herkend. En niet te worden erkend in wat je feitelijk mannen – en dit de samenleving – kan bieden.
Voor jullie is dat misschien lastig te beschrijven, maar ik ga al wat jaartjes – meer dan eeuwig zelfs – mee, en ik weet dat de meisjes nog steeds de functie vervullen van de oude priesteressen. Vroeger bij mij in de buurt – ik woonde toen nog in mijn eerste huis, aan de Méditerranée (bijna), hadden we al dat de mannen in de tempel leerden – van een vrouw – wat het is om man te zijn. Dat is een verhaal op zich – waarvan niet alle van jullie aan toe zijn?
In elk geval: bij mij om de hoek ziten de meisjes. Van oudsher kwam de zeeman daar Amsterdam binnen. Kreeg zijn gage in de kroeg – die eigendom was van de reder. En na een neut of twee was een neuk of twee wel welkom, na maanden of jaren op de baren. (Nou ja, soms deden ze net alsof ze niet in Hoorn de Hoer’n ok al hadden begroet; en ook Den Anvers lag ze vaak nog wel vers in hun geheugen. Maar verder, inderdaad: de weg naar de Oost was ver en lastig, en niet iedereen kwam daarvan terug.) En dan waren de deernen een goed medicijn om je weer goed te kunnen voelen. En voor veel andere vrouwen in de buurt maakte dat hun leven goed veilig.
Kortom, de pristeressen/prostitués, de kroegen en kruidige smaken geven fleur aan mijn bestaan.
De hele wijk staat erom bekend en wat de meesten vergeten is dat het allemaal had te maken met mijn hoofdbaan: beschermschijnheilige van de zeeman.
OnRedelijk
Ja, op dit punt van het verhaal wil ik je ook van de zwar(t)e kant van het verhaal vertellen.
Zoals je begrijpt is mijn interesse het opkomen voor de zeeman.
Dat werd soms/wat misbruikt door de reders.
Misschien is dit wat lastig te begrijpen, want zij hebben tenslotte er zoveel werk van gemaakt dat ik nu zo goed bekend ben (was?).
Wie kent niet de verhalen van de reders die grote verjaarsfeesten voor me verzorgden? Maar laten we wel wezen: ik voelde ze soms als een vijand. Hun interesse van niet – zoals de mijne – het welzijn van de zeeman. Ook al maakten ze goede sier met het vieren van mijn verjaardag, hun interesse was vaak alleen maar de centen. Oh, dat zegt je niets meer? Jullie hebben nu Euro’s. En jullie zijn te lui voor het tellen van centen; je tilt er te zwaar aan dat ze in jouw ogen (buidel) te zwaar zijn. Dus net als niet zo lang geleden met de gulden tellen jullie niet meer in centen. Maar laat me je maar vertellen: in de tijd van de rederijkers en rijke reders hadden centen nog een grote waarde. Wie weet nog van het bestaan van de Rijnlandse Goudcent? Maar goed; het is niet mijn bedoeling om je een uitleg te geven van guldens en centen, maar over de rijkereders.
Die reders waren zo rijk omdat ze in feite de zeelui, mijn makkers, te weinig betaalden.Veel van de ziekten aan boord kwamen doordat er op voedsel was bezuinigd.Veel van de doden onderweg kwamen door averij door het gebruik van slechte materialen.Nou ja, ze hebben hun les wel geleerd, want degenen die teveel hadden bezuinigd zagen meer schippen vergaan op de klippen… Goed, het was vaak te ver weg om te kunnen zien, maar je kan wel zien dat ik hier praat in beeldspraak. Vergelijk het met de balonnetjes in jullie stripboeken. (Oeps, dat wordt tegenwoordig wat al te letterlijk begrepen, strippen is de hoofdmoot op jullie internet, toch?)
Ever weer terug naar het verhaal: de rijke reders zag ik niet vaak als mijn vrienden.Ze waren teveel uit op hun eigen belang. Konkelden teveel met vrienden.Ze misbruikten hun geld voor ongezonde zaken.
(Wist je dat de Nederlanders de grootste slavenhalers waren?Wist je dat de Hollanders rente (en bankieren zoals we dat nu kennen) mede hebben ontworpen?Stel je voor: met rente wordt mensen gevraagd om meer terug te geven dan ze hebben gekregen. Dat kan niet. Het rentepercentage is daardoor het percentage mensen dat failliet gaat. Dat geld gaat naar de banken. Met als gevolg dat die steeds rijker worden,en elke ander steeds armer.
Nee, ik heb de reders gemeenlijk als onredelijk ervaren…Armoedzaaiers.Ik heb altijd meer opgehad met het delen van overvloed.
Bekaaid
Dat is waar veel van jullie mij kennen als “Aardig”.Ik heb nogal eens wat mensen uit de purée geholpen, wanneer ze er wat erg bekaaid waren afgekomen door de reders (waarom denk je dat het in het Nederlands be-kaai’d heet..?)
Ik vind het trouwens wel wat vreemd, hoor, dat jullie het wel hebben over het verhaal van Robin Hood, maar mij in die context niet noemen.Waar denk je dat ik al dat geld van cadeautjes vandaan haal?Groeien de sinasappelen me op de rug?Heb je de laatste tijden al eens betaald voor een retourtje stoomboot uit Spanje? (Met jullie goedkope gesubsidieerde tarieven gaan jullie toch ook zelf liever vliegen?Hoevelen – hie weinigen – van jullie wandelen nog het ST. Pieterpad naar Spanje (Compostella?)
Berekenend
Pak eens een papiertje en maak eens een kladje: retourtje spanje, voor m’n paard en medewerkers (waarom noemen jullie ze toch, nog, steeds personeel en knechten? Kunnen jullie eens een inburgeringscursus in eigen land doen? Jullie weten al niet meer hoe je met respect met mensen om gat. Nee: ik heb geen knechten. Nee, ik heb geen personeel. We werken in mijn branche als co-operatie; en … dat bevalt geweldig!).
Kortom, beteken eens wat dat kost:
op de heenweg
- schuit
- paard
- makkers
- spullen
- lekkers
- extra’s
en dan op de terugweg
- zakken met zakken
- afval (sinaasappelschillen voor de marmelade; pakpapier voor later)
En dan nog reis en verblijfgeld ter plekke – bij jullie
Reken nou eens uit wat dat kost?Hoeveel kost dat een eeuw eerder?Hoeveel kom je uit voor nog een eeuw en nog wat eeuwen eerder?Hoeveel was dat in de tijd van de Spaanse Bezetting?
Kolonialisatie
(Doe niet zo melig; je weet best zelf wel dat jullie me nu als gastarbeider zouden beschouwen.
Het is alleen maar dat ik zoveel spullen meeneem – en dat ik niet ben te (be)grijpen – dat ik belastingvrijgesteld ben. Maar anders zouden jullie me nu nog tot een inburgeringscursus verplichten!Overigens: de meeste van jullie kunnen zelf die inburgeringscursus niet halen. Maar het zou jullie misschien goed doen.Enneh, doe niet zo hypocriet want in alle koloniën die jullie leegjatten hebben jullie omgekeerd nooit aan inburgering gedaan. Sterker nog, inburgering betekende voor jullie dat jullie eerst met grote boten soldaten, en daarna boten met burgers, het land binnenvielen en de rijkdommen ervan kaapten. (Geloof je me niet? Hé, dit is het Boek van Sinterklaas. “Alles, Alles, staat daarin”.) Kijk maar eens naar het Mauritshuis in Den Haag. Gejatte rijk-dom.
Ik weet; dit had je ook niet gedacht, toen je op de titel afging en dit boek kocht (geen paniek, het geld gaat naar een goed doel) dat je hier ook Slecht Nieuws zou lezen? Dat heb je toch al geleed op school? Dat ik in mijn boek bijhoudt wat je goed doet (in feite, waarin je goed bent) en waarin je slecht bent (in feite, nog niet goed bent).Dit is waar jullie, met z’n allen, er een zootje van maakten.Jullie willen nu eisen over inburgering stellen, waar jullie zelf voor al je inburgeringstests gezakt zijn. (Gezakt; dat woord komt van de mensen die ik in een zak op mijn retourreis meeneem naar Spanje).
Vertekend Beeld
Tegenwoodig denken jullie niet meer over Spanjaarden zoals vroeger.Maar besef goed: Sinterklaas, Stoomboot, Orange Sinaasappeltjes, Spaanse Matten.Heb je op school goed opgelet?. Spanje. Inquisitie. Heksenjacht. Executie van de vroedvrouwen van Europa.Dat is waar jullie zeggen dat ik vandaan kom.
Laten we daarom de hysterie-historie even recht trekken, met het verhaal van mijn oorsprong.
Waar werd ik geboren?Waar groeide ik op?Waarom werd ik zeeman (dat was ook mijn vader, zijn vader, zijn vader, …) Maar vooral: waarom werd ik …bisschop? Wie zou tegenwoordig nog zo zot zijn om zoiets te willen?
Je zal ontdekken: voor alles is er een reden.
Mijn Boek
In dit boek kan je lezen waar ik werd geboren.
- Je krijgt een beeld van mijn ouders (we hadden toen nog geen foto’s of web cam; we maakten toen beelden. Die zijn te zwaar om je te geven, dus je moet het even met de metafoor doen).
Mijn speelkameraadjes, Mijn eerste vriendin. Mijn eerste vriendinnen. Mijn broer. - Mijn tijd in Izmir. De dood van mijn moeder (tijdens een bevalling). Mijn rondreizen. De dood van mijn oom (bezopen verzopen zeeman). Mijn contact met mijn vader.
- De liederen die wij zongen. De verhalen die we vertelden.
- Mijn lief, en haar fijne smaak voor kruiden en eten (nee, ze werd nooit dik). Haar dood, en mijn vluchttocht. Mijn niet-wijding tot bisschop.
- Mijn reizen naar de Moren. Hun astrologische adviezen. De enorme vlucht in mijn carière.
- Mijn onsterfelijk overlijden.
Er is echter meer wat je ‘moet’ weten.Jullie zijn niet de enigen die mij kennen.Ook al zijn jullie de eerste voor wie ik mijn boek schrijf (als afscheid/ Als nieuwe ont-moeting?) je zal zien dat ik wereldwijd bekent ben: de Middellandse zee. Het Schwartzwald. Amerika (land van de vetzucht). De Hopi. De Dogon. Sirius. En verder.
- Tussendoor geef ik jullie voorbeelden van recepten van gerechten waarmee we in de loop der eeuwen mijn verjaardag vierden.
- Ik geef je voorbeelden van liederen die we zongen.
- Ik laat zien hoe speels mijn verjaardag vaak gevierd werd (niet een zak met gekochte spullen die na een schreeuwerig kwartiertje uitgepakt niet meer leuk zijn).
Mijn Beroep
Omdat ik niet weet op ik met jullie nog door ga, beschrijf ik ook de achtergrond van mijn metier (zoek dat woord maar eens op…).
- De psychologie van hoop en verwachting.
- De ellende van teleurstelling en onvree.
- “Is de Roede een effectieve bestraffing”.
- “Is ‘in de zak naar Spanje’ in feite een beloning?” (Ja, vaak wel.)
Met een jaaromzet groter dan de meeste grote bedrijven, waarom zijn er mensen die menen dat ik niet besta?
“De geest geven, en door de geest gedreven”: wabbedoellu?
Voelt Pedro zich gediscrimineerd? ( Heeft een WIjze daar last van?)
Interviews
We komen ook aan praktische zaken:
- “zijn cadeaus aan Sinterklaas belastingaftrekbaar?”
- “Zijn cadeaus van Sinterklaas belastingafdrachtplichtig?
- “Als de Sint, ik dus, ermee ophoudt, wie volgt dan op” (de Claus? Doe-Het-Zelf?).
De Schimmel
Vanzelfsprekend is de schimmel er vanwege de schutkleur; daarom was het ook het favoriete paard voor de soldaten. Zeker in de schemer, mijn favoriete werktijd, val ik dan minder in de smiezen.
De Zak
De zak van SInterklaas gaat over de draagzak waarin gezegd wordt dat ik de cadeautjes meeneem. In feite laat ik tegenwoordig, in franchise, veel waar vanuit het intenet bestellen. Ook jullie vinden dat handiger en goedkoper; denk je dan dat ik – met zo’n grote omzet – daar de winst niet van inzie?: Ik zei je toch al: ik ben in eerste instantie zakenman; en die ‘heiligheid’ was jullie idee en niet het mijne.
Kritische Vragen
Ik zal je ook meenmemen naar wat van mijn eigen kritische vragen over de keuzen die ik maakte in mijn leven.
Bijvoorbeeld: mijn staf is het symbool van de herder. Dat was een mis grapje van de bisschoppen: om de mensen hun ‘kudde’ en zichzelf ‘herders’ te noemen. En dat die kudde dit liet gebeuren. Besef wel dat je dan altijd moet vragen of zo’n herder – die jou rekent tot zijn kudde – vegetariër is of vleeseter…(Ik eet vegetarisch – geen beesten – omdat ik er van overtuigd en dat je als mens niemand en niets moet doden. Ik ben daarin wat pragmatisch: als ik het niet kan fiksen, dan moet ik het ook niet breken.)
Praktische Zaken
We komen ook aan praktische zaken:
- “zijn cadeaus aan Sinterklaas belastingaftrekbaar?”
- “Zijn cadeaus van Sinterklaas belastingafdrachtplichtig?”
- “Is “De Sint” inmiddels een Stichting voor het Algemeen Nut?”
- “Als de Sint (ik dus) ermee ophoudt, wie volgt dan op” (de Claus? Doe-Het-Zelf?).
De Schimmel
Vanzelfsprekend is de schimmel er vanwege de schutkleur; daarom was het ook het favoriete paard voor de soldaten. Zeker in de schemer, mijn favoriete werktijd, val ik dan minder in de smiezen.
De Zak
De zak van SInterklaas gaat over de draagzak waarin gezegd wordt dat ik de cadeautjes meeneem. In feite laat ik tegenwoordig, in franchise, veel waar vanuit het intenet bestellen. Ook jullie vinden dat handiger en goedkoper; denk je dan dat ik – met zo’n grote omzet – daar de winst niet van inzie?: Ik zei je toch al: ik ben in eerste instantie zakenman; en die ‘heiligheid’ was jullie idee en niet het mijne.
Kritische Vragen
Ik zal je ook meenmemen naar wat van mijn eigen kritische vragen over de keuzen die ik maakte in mijn leven.
Bijvoorbeeld: mijn staf is het symbool van de herder. Dat was een mis grapje van de bisschoppen: om de mensen hun ‘kudde’ en zichzelf ‘herders’ te noemen. En dat die kudde dit liet gebeuren. Besef wel dat je dan altijd moet vragen of zo’n herder – die jou rekent tot zijn kudde – vegetariër is of vleeseter…(Ik eet vegetarisch – geen beesten – omdat ik er van overtuigd en dat je als mens niemand en niets moet doden. Ik ben daarin wat pragmatisch: als ik het niet kan fiksen, dan moet ik het ook niet breken.)